Hof van Assisen: wanneer kan een voorzitter gewraakt worden?

Als men een voorzitter ervan verdenkt dat die niet objectief en onpartijdig kan oordelen, moet een (begin van) bewijs geleverd worden.

Hof van Assisen: wanneer kan een voorzitter gewraakt worden?

Elke rechter moet onpartijdig en onafhankelijk kunnen oordelen over de zaken die voorliggen. Zo kan een rechter bijvoorbeeld niet oordelen in een zaak waarin die zelf partij is, of waarin persoonlijke belangen aanwezig zijn. 

In zo’n gevallen is het aan de eerste plaats aan de rechter om afstand te zoen van de zaak. Er kan door partijen ook een verzoek tot wraking worden ingediend. Dan moet worden aangetoond waarom de rechter in kwestie niet objectief kan beslissen. 

Ook op basis van een verdenking dat de rechter niet onafhankelijk of onpartijdig is, kan een partij zo’n wrakingsverzoek indienen. Dan moet de partij wel bewijs leveren waaruit blijkt dat de rechter partijdig of vooringenomen is. 

In zaken voor het hof van assisen gebeurt het wel vaker dat de voorzitter gewraakt wordt. Het is dan het Hof van Cassatie dat hierover uitspraak doet. 

In een recent arrest klaagde de beschuldigde dat er uitspraken over hem werden gedaan die hem in een slecht daglicht stelden. Er werd gesproken over feiten waarvoor hij nooit veroordeeld was. Volgens hem was de voorzitter daarom niet onpartijdig. 

Het Hof van Cassatie ging daar niet mee akkoord. Het is niet aan de voorzitter om het vermoeden van onschuld te verdedigen in de plaats van de advocaat.